De toekenning van het
eredoctoraat
in de technische wetenschappen van de TU Delft beschouw ik als
het hoogtepunt van mijn carrière. Ik ben daarvoor de decanen met hun facultaire achterban en hun
voorzitter, de rector, heel dankbaar. Toen het nieuws mij bereikte via een satelliet tijdens een
storm in de Golf van Cadiz, waarin onder en boven in het schip door elkaar heen liepen, was het
een flinke overlevingsimpuls.
In mijn ogen is de kracht van een land: zijn vermogen om te maken en te bouwen en waar mogelijk
beter, sneller en goedkoper dan anderen dat kunnen. Creatie en assimilatie van nieuwe kennis en
organisatorisch vermogen om tot uitvoering te komen zijn daarvoor essentieel. Dat is precies de
kernfilosofie van deze instelling, de bekendste en grootste van onze technische universiteiten.
En eigenlijk bepaalt die in hoge mate onze nationale identiteit.
Hoewel door alle tijden heen technologie in Nederland relatief in goede handen is geweest, zijn
er toch golven te onderscheiden waarin kennis en technologie en techniek in het bijzonder meer en
minder centraal stonden. Bloei was er in de 16e en 17e eeuw waardoor het land het met succes kon
opnemen tegen de grootste mogendheid van die tijd en daarbij ook nog almaar welvarender werd.
Nadien verschoof de interesse van de leidende elite. Kennis en kunde werden van minder belang dan
het proces van aristocratisering en geld verdienen zonder risico's. Zo zonken wij terug tot het
niveau van kleine mogendheid. In de 19e eeuw nam, niet in het minst door toedoen van de drie
Willems het belang van techniek weer toe. De oprichting van de Technische Hogeschool Delft is
daarvan slechts een van de vele getuigenissen. Als gevolg nam ook het belang van Nederland in de
wereld weer toe. Dat is minder bekend dan 'De Gouden Eeuw', maar het is een feit. Qua produktie
per hoofd, qua inkomen per hoofd, opleiding, handelsvloot, vliegtuigbouw enz. behoorden wij al in
het begin van de twintigste eeuw weer tot de groten. Toen ik destijds tegenover Derek de Solla
Price het wetenschappelijk belang van Nederland wat relativeerde, begon hij hard te lachen:
'Come on, Holland is a scientific giant' was zijn antwoord. Zo'n minilandje, na de US in absolute
termen de grootste voedselexporteur, olieproducent enz.
Volgens mij kentert het tij weer. Misschien is het mijn leeftijd, maar ik merk onder de elite een
ongezonde belangstelling voor geld alleen, met veronachtzaming van dat wat in werkelijkheid de
kracht van een land uitmaakt. Persoonlijk geloof ik niet dat het goed is dingen steeds meer
elders te laten maken. Ik weet wel dat sommigen beweren dat wij de ontwerpers zullen zijn en dat
alleen het domme werk wordt uitgezet. Maar, dat wordt vooral gezegd door lui, die denken: 'als
het management maar hier blijft en de winst hierheen komt'. Na de fabrieken volgen in het
emigratieproces de laboratoria. En de wereldgeschiedenis van het kolonialisme - niet alleen het
Westerse - leert dat extern 'management' op den duur niet te handhaven is.
Het is dus goed dat in Nederland de TU Delft het belang van kennis en kunde hooghoudt en
uitdraagt. Tot voor kort konden de professoren er nog van uitgaan dat hun studenten met die
instelling overal in bestaande bedrijven en in de overheid welkom zouden zijn. Dat is nu m.i.
minder het geval. In de ogen van de optiegraaiers, de cententellers en de bonusverdelers, die in
verschillende gevestigde bedrijven meer en meer de toon aangeven, zijn makers en bouwers lastige
onruststokers en erger nog: kostenposten. U zou er goed aan doen uw studenten te suggereren na
het afstuderen ook serieus te denken over het opzetten van een eigen nieuw bedrijf, waarin het
maken weer voorop staat en waarin economie en financieel management de plek hebben die zij horen
te hebben: noodzakelijk, maar niet in de eerste plaats.
Op die manier wordt de TU niet slechts de instelling die het belang van kennis en kunde
uitdraagt, maar ook de plaats die dat belang operationaliseert. Van weten tot maken, dus
technisch in de beste betekenis van het woord. Dat is mijn raad en ik wens de TU in deze nieuwe
eeuw daarmee veel succes toe in het belang van de Europese regio Nederland.
Delft, 2000 01 07.