Een fantastische middag1

Met deze fantastische middag komt er een eind aan mijn fantastisch leuke werkzaamheden voor STW en FOM, voor ZWO en NWO, of laten wij zeggen de werkzaamheden van een vrijbuiter in het wetenschapsbestuur van de Nederlandse overheid.

De STW kreeg zo'n goede naam, dat zijn directeur het bracht tot overheidsadviseur voor energiezaken, voor defensie-onderzoek en voor informatie- en communicatie-technologie. Dat is nogal wat. De Stichting is dan ook de spin in het nationale web van praktische kennis.
De gigantische programma's MEGA, JESSI en MEDEA kostten vele gigaguldens. Samen met Dewilde, de helaas te vroeg gestorven Jan Middelhoek en Jan Davidse hebben Margriet Jansz en ik de overheid daarover vele jaren geadviseerd. Het heeft mij altijd verbaasd dat zo weinig Nederlanders dat werk kenden. Qua orde van grootte behoren die programma's tot de categorie van het Manhattan of het Apollo project! Maar het zal wel net zo zijn als met de Eifeltoren, waaraan nog steeds veel Nederlandse toeristen zich vergapen, zonder dat zij beseffen dat wij zelf twee van die dingen aan de ingang van de Nieuwe Waterweg hebben liggen. Die kunnen bovendien nog op en neer en heen en weer bewegen om zo nodig de grootste haven ter wereld af te sluiten, als het hard waait.

Techniek verandert ons leven. Technici veranderen de wereld, terwijl politici er alleen over praten. Maar weinig mensen beseffen dat. En de publieksmedia weten er geen raad mee. Meneer Kok demonstreerde het onlangs nog eens voor de ogen van heel Nederland, toen hij probeerde een muis als afstandsbediener te gebruiken. Enfin de kranten blijven over de Koks van deze wereld schrijven, terwijl wetenschappers en technici buiten de schijnwerpers hun gang gaan. Dat is maar beter ook.

Ook de wetenschap en de techniek hebben hun menselijke kant. Toen Neil Armstrong uit de maanlander stapte, sprak hij de historische woorden One small step for man, one giant leap for mankind. Zij kregen grote bekendheid. Veel minder bekend is, wat hij zei, toen hij weer terug aan boord ging: Good luck Mr. Gorsky. NASA-medewerkers dachten dat hij een soort eer bewees aan een onbekende Russische collega. Ze vroegen niet om uitleg. Dat deden anderen wel, maar Armstrong zweeg. Hij lachte alleen maar zo'n beetje. Eindelijk op 5 juli 1995 in Tampa Bay, Florida, toen een verslaggever er opnieuw naar vroeg, gaf hij antwoord. Dat kon toen, omdat meneer Gorsky overleden was. Als kleine jongen base-balde hij met een vriendje in de tuin. De bal belandde in die van de buren. Zij heetten Gorsky. Toen hij zich bukte om hem op te rapen, hoorde hij mevrouw Gorsky in de slaapkamer boos tegen haar man roepen: Sex! You want sex?! You'll get sex when the kid next door walks on the moon!

Bij dit afscheid wil ik mijn vier belangrijkste adviezen memoreren alvorens te bedanken. Misschien dat sommige aanwezigen zich dan verbijsterd afvragen of ze er wel goed aan hebben gedaan, mij zo te steunen. Dat maakt het afscheid wat gemakkelijker.

  1. Mijn eerste advies was: Stop de proefnemingen met kernwapens. Ik liet het destijds niet bij adviseren alleen.
  2. Het tweede: Besteed 5% van de belastingen en heffingen op aardolie van één jaar voor de aankoop van Uranium. Dan hebben wij het energie-equivalent van een heel Gronings aardgasveld, als appel voor de dorst.
  3. Het derde: Blijf buiten de EU. De laatste keer dat wij deel uitmaakten van een verenigd Europa moesten wij 80 jaar vechten om er af te komen.
  4. En tenslotte: Asfalteer de spoorwegen.
U weet, wat er met deze adviezen is gebeurd. Maar wie weet? Er komt nog een eeuw en vele kabinetten!

Nu wil ik bedanken.
Veel dank ben ik verschuldigd aan mijn ouders die hier vandaag gelukkig gezond aanwezig zijn. Ik was geen makkelijk kind, maar wij hielden van elkaar en als ik het moeilijk had, was er altijd jullie steun en die is er nog steeds. Daarom van mijn laatst verdiende geld een bloemetje voor thuis op tafel in de Leliestraat.
In de tweede plaats dank ik mijn voormalige en mijn hedendaagse echtgenotes. Twee sterke karakters, die mij door dik en dun hebben bijgestaan. Riek is niet hier, maar Djamila wil het wel aan haar moeder overbrengen. Luba gaat zelfs letterlijk met mij in zee, wat bij walrussen - zij is geen zeerus - van veel liefde en grote moed getuigt.
Ik ben mij ervan bewust dat mijn kinderen een meer meelevende vader verdienden. Djamila, mijn oogappel, nu je zelf een goede man en een lief kind hebt, hoop ik dat jij beter balans houdt tussen je carrière als manager bij PTT Post en je gezin, dan ik heb gedaan. Wees gelukkig.
Jean-Philippe en Lena, ook mijn kinderen. Ik houd van jullie. Er ligt een leven voor jullie zet hem op!

In mijn werk bij FOM en STW en daarbuiten deelde ik lief en leed met Ruth Wijnans, Liesbeth Bolte, Marijke van Hooren, Jan Heijn, Hendrik van Vuren, Frans van den Beemt, Margriet Jansz en Yvonne Stuveborg - ik vond het fijn dat ze jou ook op het toneel hebben gehaald - . De manier waarop jullie mij hielpen en meeleefden hebben mij onnoemelijk goed gedaan. Ruth, jij hebt de STW helpen maken en aan jou danken wij in hoofdzaak dat wij een fijn bureau hebben met mensen die voor elkaar inspringen en dat uitstekend loopt. Ze zijn mij allemaal lief, maar jij bent de liefste. Om nog eens te getuigen dat ik niet bijgelovig ben, krijg je een bos bloemen met de spreuk: 'Bloemen verwelken en schepen vergaan, maar onze liefde blijft altijd bestaan.'

Wat maakt een werkgemeenschap als ons bureau prettig en effectief? Van prof. Kistenmaker heb ik geleerd, dat dat in ons land vanzelf gaat, als je het maar niet verstoort. Nederlanders zijn uitstekende werkers en prettige mensen, tenzij er een baas is, die het verziekt. Ik heb geprobeerd dat niet te doen en te vertrouwen op jullie zelforganisatie. Ik prijs mij gelukkig dat dat aardig is gelukt. Waar samen gezongen wordt en men elkaar om de bureaus achterna rent, daar is leven en werken goed. Leo, laat ze maar stoeien en doe wat ze zeggen, dat deed ik ook meestal en kijk maar wat er uit voortkomt.
Jullie hebben mij diep geraakt met het informele afscheid op 31 maart.

Besturen van FOM en STW in wisselende samenstelling ben ik heel, heel erg dankbaar voor het vertrouwen dat zij mij gaven. Jan de Boer, voorzitter van de FOM, gedurende vele jaren, was een van de knapste bestuurders die de wetenschap heeft gehad. Ik besef dat hij met Taconis en Endt mij vele malen de hand boven het hoofd heeft gehouden. Als je geen fouten mag maken, word je nooit een creatief bestuurder.
Ik heb mij altijd gelukkig geprezen te werken voor het FOM- en later het STW-deel van ZWO/NWO. Vertrouwen en bevoegdheden worden niet overal in gelijke mate gegeven. Zoals het bij ons gaat, kan het, denk ik, niet beter. Dat is goed voor de organisatie en het is fijn voor de mensen die er werken. Het is een noodzakelijke voorwaarde voor goed werk. Bij FOM heb ik geleerd, wat een goed bureau is. Dat was de erfenis van Beekman, die jarenlang in stand gehouden werd door Liesbeth Bolte, zijn secretaresse. Zij was later secretaresse van Boumans en van mij. Een van de zegeningen waarvan ik tot op de dag van vandaag geniet, is de FOM-personeelsdienst, een juweeltje van klantvriendelijke efficiënte administratie. Zonder de anderen te kort te doen, wil ik speciaal Willem van der Kraats, Hans Vening en Ans van Maurik, mijn oudste FOM-collega's bedanken. En natuurlijk Ria, Annette, Mario, Joost en mooie Renée.

Vanaf 1981 waren er de STW-bestuurders. Technici zijn anders dan fysici. Het zou te veel tijd kosten om dat uit te leggen. Maar zij zijn niet minder indrukwekkend. Wim Koumans, Harry van den Kroonenberg, Ben Veltman, Arnold Veruijt, Klaas van 't Riet, Lex van Gunsteren, Frans van Daalen, het waren niet alleen mijn bazen, ze werden ook vrienden.
En het huidige bestuur, dat dit fantastische evenement mogelijk maakte, Ben, Loek, David, Kees en Patrick, het is enorm. Ik ben erg onder de indruk.
Al diegenen die het werk en de voorbereiding voor vandaag hebben gedaan, het was geweldig! Wat hebben jullie je ingespannen, dat zal ik nooit vergeten. De verhalen van Wim, Arnold, Frans en Ben en het optreden van Patrick, alias Zeus, waren precies de illustratie bij mijn verhaal van vanmiddag: dit werk is voor alles leuk doordat het mij in contact bracht met de interessantste mensen van het land.

Ik dank ook de politici, de hoge ambtenaren en de NWO-bestuurders, met, onder en voor wie ik heb gewerkt. Vaak kruisten wij de degens, maar ook is er veel bereikt. Ondanks de vele strijdpunten, hebben mijn scherpe tong en pen jullie nooit tot persoonlijke rancune gebracht. Sommigen denken dat dat typisch Nederlands is. Maar ik denk ook dat wij het getroffen hebben met gewoon een hele serie goede zelfbewuste mensen aan het roer.

Nu ik aan het eind ben gekomen, wil ik de schijnwerper richten op Wim Hutter, die mij zo goed als mijn hele carrière in wetenschapsbestuursland heeft vergezeld. Hij probeert altijd een beetje in de coulissen te blijven. Maar zijn verdiensten zijn formidabel. Wim, de manier waarop jij leiding geeft aan de multi-culturele wetenschapsarchipel is onnavolgbaar. Je staat stevig in je schoenen en je zoekt nooit de confrontatie. Je bent een kei. Qua integriteit, kennis van zaken en effectiviteit ben je een Jan de Boer. En jij weet dat dat mijn judicium 'summa cum laude' is. Ik beschouw de NWO-wet in bestuurlijk opzicht inferieur aan de oude ZWO-wet. Als gevolg daarvan is het raam waarbinnen jij je werk moet doen ondeugdelijk. Maar als het goed is, zijn het mensen en niet regels die de dienst uitmaken. En tot groot geluk voor de Nederlandse wetenschap maak jij er het beste van. Ik dank je voor je hulp en ik ben blij met je vriendschap!

Tenslotte nog dit. Deze ruimte is gevuld met mensen die ik allemaal voor het een of het ander zou behoren te bedanken. Maar alleen: "beste Piet of Harry, ik dank je", zegt weinig. Dus zou ik er tenminste een typerend zinnetje aan toe moeten voegen; dan staan wij hier morgen nog. Een andere mogelijkheid zou zijn Ruth's lijst van aanwezigen op te lezen en dan besluiten met: "dank jullie". Dat neemt een klein uur, dus ook dat doe ik niet. Per slot kent iedereen zijn eigen naam wel. Daarom volsta ik maar met:
Dank jullie allemaal. Ik voelde mij temidden van jullie senang. Het allerbeste voor jullie zelf, en ook voor de zaken waar jullie voor staan!

Leo, neem het STW-roer van mij over en:

Recht zo die gaat!


1) Dankwoord van C. le Pair bij het afscheid van de STW op 9 april 1999 in 't Spant te Bussum.